Video: SQL 2024
Ruby heeft een type gegevens dat een array wordt genoemd en dat u kunt gebruiken om strings samen te combineren. Denk aan een array zoals een speciale opslagdoos met meerdere compartimenten. U kunt in elk compartiment een ander object plaatsen en die objecten afzonderlijk ophalen.
Na nummers en reeksen zijn arrays misschien een van de meest voorkomende gegevenstypen die u tegenkomt bij het programmeren.
Ruby vertegenwoordigt arrays met vierkante haakjes zoals deze:
2. 2. 2: 013> big_a_array = [a1, a2, a3, a4] => ["A", "AA", "AAAAA", "AA"]
In dit voorbeeld wijst u de array toe aan een nieuwe variabele genaamd big_a_array en plaats de afzonderlijke a1, a2, a3 en a4 variabelen in de array.
Het leuke is dat als je de array met puts afdrukt, Ruby automatisch het juiste doet:
2. 2. 2: 014> zet big_a_array A A A AAAAA A A => nil
Deze techniek bespaart veel typen!