13 Geweldige honkbalboeken - dummies

Hoewel veel mensen zich tot het internet kunnen wenden en de vele websites die online beschikbaar zijn en zich richten op honkbal, zullen anderen misschien liever een boek lezen dat is gewijd aan Amerika's tijdverdrijf. Hier is een lijst van 13 boeken geschreven over honkbal. Pak er een op, leun achterover en geniet ervan. Je kunt met geen van hen fout gaan.

• The Summer Game door Roger Angell (Bison Books): De auteur is een stiefzoon van essayist EB White uit de stand van de faam, en zijn pro-stijl in gladde zijden en het vermogen om spelers te laten onthullen Inzichten binnenin het honkbal en uit te leggen waarom het spel deel uitmaakt van het Amerikaanse brein, een nieuwe standaard voor honkbal schrijven. Angell, die nog steeds sterk in de negentig is, heeft een groot aantal volgende boeken gepubliceerd over honkbal (en andere onderwerpen), en hij weet citaten uit zijn interviewonderwerpen te halen die de innerlijke mens en onthullen.

  You Know Me, Al

• van Ring Lardner (Book Jungle): Deze roman uit de jaren 1920 - in de vorm van een verzameling brieven van de fictieve hoofdrolspeler, bush-league pitcher Jack Keefe, zijn vriend, is zo eenvoudig en ingetogen dat het een literair genie als Virginia Woolf kostte om te herkennen dat Lardner niet alleen een duistere komische blik op de onderkant van het spel draaide, maar ook diep in de Amerikaanse ziel tuurde. (Lardner's vriend, F. Scott Fitzgerald, deelde de gevoelens van Woolf.)

  Je kunt het lezen en lachen om het zelfbedrog van de eerste persoon, en dan kun je het opnieuw lezen en je eigen zelf herkennen - maar het gelach kan in je keel steken. Dit boek is nog steeds het beste stuk fictie ooit geschreven over het spel - door een grote schrijver die bijna volledig is vergeten.

  *

• Lords of the Realm : The Real History of Baseball door John Helyar (Ballantine Books): Absoluut onmisbare lectuur voor elke fan die het nationale tijdverdrijf als meedogenloos bedrijf wil begrijpen. Helyar beschrijft de lelijke geschiedenis van de uitbuiting door de eigenaars van de bron van hun rijkdommen - de spelers. Hij concentreert zich op het tijdperk van samenspanning, halverwege de jaren tachtig, om de geschiedenis van de arbeidsrelaties van honkbal te onderstrepen, en het leest als een thriller.

  The Boys of Summer

• door Roger Kahn (Harper Perennial Modern Classics): Dit boek is een eerbetoon aan een verloren tijd en een mythisch team, de Brooklyn Dodgers van de late jaren 1940 en 1950s. Jackie Robinson, Roy Campanella, Duke Snider, Pee Wee Reese, Don Newcombe, en hun teamgenoten waren meer dan een team - ze waren de collectieve identiteit van het stadje Brooklyn (zelf gehuld in legende, onderdeel van dat "oude, rare Amerika" beschreven door criticus Greil Marcus. Kahn, die ze allemaal kende, beschrijft hun ongelooflijke triomfen (inclusief de integratie van honkbal en uiteindelijk het verslaan van hun aartsrivaal Yankees in 1955) en tragedies (zoals Campanella's carrière-eindigende blessure en Robinson's verbittering over racisme).

  Ball Four

• door Jim Bouton (John Wiley & Sons, Inc.): Hoewel dit boek wel of niet het beste honkbalboek is, is het zeker de belangrijkste en meest invloedrijke. Bouton's alles-in-één blootgestelde big-league-balspelers als menselijke wezens, zonden enzo. Daarvoor hadden sportschrijvers de neiging om de spelers net zo te behandelen als fans, waardoor ze als rolmodel voor de jeugd van Amerika werden beschouwd. Hoewel Bouton door de game werd verbannen, was Ball Four de onwetende voorloper van de schandaalzoekende, 24/7 media-honden. The Wrong Stuff

• door Bill Lee en Richard Lally (Random House): Dit boek is de autobiografie van Bill Lee, zoals verteld aan Richard Lally, die ook samenwerkte met Lee over een vervolg, Heb handschoen, zal reizen. De eerste kroniek van de big-league carrière van een van de meest excentrieke deelnemers (vertaling: originele denkers), die eindigde in 1982, toen hij AWOL verliet van Montreal Expos na het verdedigen van een teamgenoot die door het management was mishandeld. Het tweede boek, getiteld "Adventures of a Baseball Vagabond," vertelt Lee's post big-league-avonturen, waarin hij een nomadische, wereldberoemde pitcher werd die speelde voor teams van Canada tot Rusland.

  The Bill James Historical Abstract

• door Bill James (Free Press): Hoewel James, de grondlegger van geavanceerde statistieken, zijn jaarlijkse samenvattingen publiceerde sinds de late jaren 1970, dit epische werk van wetenschap, theorie, en opinie, voor het eerst gepubliceerd in 1985, toonde aan dat spelers uit verschillende tijdperken nauwkeurig konden worden vergeleken. James heeft het sindsdien vele malen herzien en in 2001 introduceerde hij Win Shares, een fascinerende nieuwe manier om talent te peilen. Bovendien was James niet alleen een van de eerste sabermetricians (analisten die geavanceerde statistieken gebruiken), maar hij is met kop en schouders boven de rest als het gaat om het schrijven van zinnen.

  Baseball's Great Experiment

• van Jules Tygiel (Oxford University Press): Dit epische boek documenteert de integratie van honkbal door het in een enorme historische context te plaatsen, gaande van de plannen van Branch Manager Rickey in Brooklyn Dodgers ', aan het lot van de eens zo machtige Negro Leagues, die werden weggelaten om te drogen zodra hun voornaamste talent door de Major Leagues werd aanvaard. Tygiel schildert levendige portretten van Rickey, Jackie Robinson en andere Afro-Amerikaanse spelers - Campanella, Joe Black, Don Newcombe - en hun witte teamgenoten en managers, evenals zwarte sportschrijvers en burgerrechtenactivisten. Moneyball: de kunst van het winnen van een oneerlijk spel

• door Michael Lewis (WW Norton & Company): Sinds de publicatie van dit boek in 2003 is het woord 'geldbal' onderdeel geworden van het honkbalwoordenboek. Lewis vertelt hoe GM Billy Beane van de op inkomsten uitgehongerde Oakland A's gebruikte de principes van ondergewaardeerde activa om te strijden tegen grote geldclubs zoals de Yankees en Dodgers. Het klinkt niet als een kantine, maar het vermogen van Lewis om abstracte concepten om te zetten in een menselijk drama van underdogs tegen tophonden - evenals zijn gemakkelijk opneembare uitleg van sabermetrics en businessschoolconcepten - maakt het leesbaar. Het moet wel geweest zijn, want het was een bestseller die later werd omgezet in een succesvolle Hollywood-film met in de hoofdrol Brad Pitt.

  Weaver on Strategy

• door Earl Weaver (Potomac Books): Weaver heeft veel van de meest gekoesterde sabermetrics-principes in de jaren 70 en 80 als praktisch uiterst succesvolle manager van de Baltimore Orioles gebruikt. Weaver on Strategy , de laatste van zijn drie boeken, bespreekt zijn filosofie van het winnen van honkbal, bestaande uit "pitching, defense en de three-run homer", evenals zijn aandrang om te focussen op de beperkte speler sterke punten in plaats van zijn zwakheden (die veel te veel baseball-mannen nog steeds doen). Babe: The Legend Comes to Life

• (Simon & Schuster) en Stengel: His Life and Times (University of Nebraska Press) , beide door Robert Creamer: < Deze twee boeken zijn prachtige honkbalbiografieën. De eerste wordt beschouwd als de definitieve boekhouding van Babe Ruth, en de laatste onthult de man achter de make-up van de clown die Casey Stengel was, de grootste en grappigste manager die ooit heeft geleefd. Eight Men Out door Eliot Asinof (Holt Paperbacks):

• Dit boek reconstrueert het verhaal van het Black Sox-schandaal en wie, wat, wanneer, waar en waarom acht leden van de Chicago White Sox zijn overeengekomen met gokkers om de 1919 World Series naar de underdog Cincinnati Reds te gooien. Vervolgens maakte regisseur John Sayles een mooie verfilming van het boek.