Inhoudsopgave:
Video: Data Analysis in R by Dustin Tran 2024
Sommige vragen over het TASC-wiskundetest hebben betrekking op lineaire functies. Een lineaire functie vertegenwoordigt een relatie tussen twee variabelen waarin de ene variabele de andere beïnvloedt.
In een lineaire functie wordt x gewoonlijk als de onafhankelijke variabele beschouwd en y als de afhankelijke variabele (x invloeden y <). De onafhankelijke variabele (x) wordt horizontaal uitgevoerd, terwijl de afhankelijke variabele (y) verticaal loopt. Het minimum aantal punten dat u nodig hebt om een lijn te construeren is twee.
helling genoemd. Dit wordt ook wel de -verhouding genoemd van de veranderingssnelheid in de afhankelijke variabele ten opzichte van de veranderingssnelheid in de onafhankelijke variabele. De letter die is gekoppeld aan de helling is m; als m positief is, stijgt de lijn naar rechts en is m negatief, dan valt de lijn naar rechts. Om de helling van een lijn te bepalen, hebt u twee punten nodig: (x 1 , y 1 ) en ( x 2 >, y 2). Vervanging in de formule:
m) van de lijn weer, evenals de y -intercept (b). Herinner dat het y -intercept het punt is waarop de grafiek de y -as overstijgt.
De vergelijking van de lijn loodrecht op
Welke lijn zou parallel zijn aan de regel
- y
- = -3 x + 4? Antwoorden en toelichtingen Het juiste antwoord is Keuze (A).
Omdat u zoekt naar een lijn
- loodrecht
op de opgegeven lijn, zou de nieuwe vergelijking negatief zijn voor de gegeven helling: dus de nieuwe helling is m > = 2. Omdat keuze (A) de enige vergelijking is met die helling, is dit het juiste antwoord. Keuze (C) vertegenwoordigt een lijn evenwijdig aan de gegeven lijn, terwijl keuzes (B) en (D) hellingen hebben die geen specifieke relatie hebben met de gegeven helling.
Het juiste antwoord is Keuze (A). Omdat u op zoek bent naar een regel evenwijdig aan de opgegeven lijn, zou de nieuwe vergelijking dezelfde helling hebben: m - = -3. Omdat keuze (A) de enige vergelijking is met die helling, is dit het juiste antwoord. Keuze (C) staat voor een lijn loodrecht op de gegeven lijn, terwijl keuzes (B) en (D) hellingen hebben die geen specifieke relatie hebben met de gegeven helling.