Identificeren van de typen netwerken - dummy's - Persoonlijke financiën 2024

Een van de gebieden van netwerken waar de A + certificeringsexamens betrekking op hebben, is netwerktheorie / netwerkhardware. Het is belangrijk om de soorten netwerken te kunnen identificeren. Een netwerk is een groep verbonden systemen voor het delen van gegevens of apparaten. De twee belangrijkste typen netwerken zijn peer-to-peer en server-gebaseerd (client-server).

Peer-to-peer-netwerken

In een peer-to-peer (P2P) -netwerk kunnen alle systemen die op het netwerk zijn aangesloten, fungeren als clients of servers. Een client is een systeem dat een aanvraag doet voor een resource of service op het netwerk; een server is het systeem dat de bron of service levert. In dit type netwerkomgeving worden alle systemen als gelijk beschouwd omdat ze allemaal dezelfde rollen op het netwerk kunnen spelen - als client of server of als zowel client als server.

Het aanbevolen aantal systemen in een P2P-netwerk omvat meestal tien of minder systemen vanwege het ontbreken van gecentraliseerd beheer. Als netwerkbeheerder die in een P2P-omgeving werkt, zult u constant van machine naar machine rennen om administratieve taken uit te voeren. Typisch omvat een P2P-netwerk elk systeem dat een desktopbesturingssysteem uitvoert, zoals Windows 8. 1 om netwerkfunctionaliteit te verschaffen.

Peer-to-peer netwerkomgevingen.

Merk op dat client A een netwerkresource - een printer - levert, net als client D. Dit laat zien dat client A fungeert als zowel een server als een client, wat het doel is van een P2P-netwerk.

Omdat een centrale machine geen bestanden opslaat in een P2P-netwerk, is uw netwerkomgeving niet gebaseerd op de gecentraliseerde beheeraanpak. Met gecentraliseerd beheer, kunt u (als netwerkbeheerder) netwerktaaktaken uitvoeren voor het hele netwerk vanaf één locatie. Als je terugkijkt naar de figuur, kun je zien dat alle vier computers fungeren als peerservers (wat betekent dat ze allemaal als servers voor elkaar werken), je moet de administratie op alle vier de computers uitvoeren - een groot nadeel van P2P-netwerken.

Enkele voorbeelden van het beheer dat u op elk systeem moet uitvoeren, zijn het maken van gebruikersaccounts op elke computer en het beheren van het delen van bestanden en mappen van elk systeem. Hier, bijvoorbeeld, als u wilt dat Bob zich aanmeldt bij client A, maakt u het Bob-account op client A. Als u wilt dat Sue zich aanmeldt bij client B, maakt u het Sue-account op client B. Omdat het Bob-account niet bestaat op client B, kan Bob zich niet aanmelden bij die computer, hoewel hij mogelijk toegang heeft tot de bestanden op client B vanaf client A.Dit leidt tot een gedistribueerd beheer -model omdat uw werk over meerdere machines is verspreid.

Het grote voordeel van P2P-netwerken is dat u geld bespaart door geen centrale server aan te schaffen, wat duizenden dollars aan hardware en software kan kosten. Ook met een P2P-netwerk hoeft u geen apart netwerkbesturingssysteem (NOS) aan te schaffen. Een NOS, vereist op een servergebaseerd netwerk (besproken in de volgende sectie), is ontworpen voor netwerkdiensten (zoals Dynamic Host Configuration Protocol [DHCP], web-, bestands- en afdrukservices) en staat de server toe om zijn bestanden te delen en printers met clients op het netwerk. De kosten van de NOS en de licenties om clients verbinding te laten maken met de server, is waar een aantal grote bedrijven het grootste deel van hun IT-budget besteden. Licenties zijn duur!

Servergebaseerde (client-server) netwerken

Servergebaseerde netwerken, ook wel client-server netwerken genoemd, is het netwerkmodel dat de meeste bedrijven gewoonlijk kiezen voor tien of meer werkstations op een netwerk. In tegenstelling tot een P2P-netwerk, maakt server-gebaseerd netwerken gebruik van een centrale machine (de server) die netwerkdiensten levert aan de werkstations. Nogmaals, deze netwerkdiensten kunnen services zijn zoals het delen van bestanden en printers, authenticatie van gebruikersaccounts of webservices.

Het voordeel van een client-serverconfiguratie is dat u gecentraliseerd beheer kunt gebruiken door het grootste deel van uw werk op de ene server uit te voeren. Als u bijvoorbeeld gebruikersaccounts wilt maken voor elk van de tien gebruikers, maakt u de tien accounts op de ene server. Vergelijk dat met een P2P-netwerk, waarbij op elk systeem een account wordt aangemaakt. Als beheerder van dit netwerk maakt u alle gedeelde mappen op de server samen met gebruikersaccounts, zodat de server de referenties kan verifiëren van een client die zich probeert aan te melden bij het netwerk. Alle gebruikers op het netwerk maken verbinding met deze server om bestanden op te slaan en op te halen.

Strengere beveiliging is een ander voordeel van het gebruik van een servergebaseerd netwerkmodel. Het creëren van een veiligere omgeving is eenvoudiger met een servergebaseerd netwerk, omdat uw bronnen en gebruikersaccounts niet verspreid zijn over meerdere machines. U kunt zich op de server concentreren omdat deze de bestanden, mappen en gebruikersaccounts bevat. Wanneer een gebruiker zich aanmeldt bij het netwerk, wordt de aanmeldingsverzoek verzonden naar de server, die verifieert dat de gebruikersnaam en het wachtwoord geldig zijn. Nadat een gebruiker is aangemeld, geeft de server de gebruiker toegang tot bronnen, zoals bestanden en printers, die de gebruiker mag gebruiken. deze afbeelding illustreert een servergebaseerde netwerkomgeving.

Servergebaseerde netwerkomgeving.

Merk op dat de clientsystemen verbinding maken met de server om toegang te krijgen tot de printer. In deze omgeving hebben alle systemen een gedefinieerde rol: ze zijn ofwel een client of een server - maar niet beide.

Het nadeel van het gebruik van een servergebaseerde omgeving zijn de kosten voor de aanschaf van de serverhardware en de NOS. Zorg er bij het ontwerpen van uw netwerkmodel voor dat u werkt met iemand die bekend is met softwarelicenties, zodat u de beste waar voor uw geld krijgt!

Serverrollen

Wanneer u een netwerk maakt, kunt u servers installeren die een aantal verschillende soorten functionaliteit aan het netwerk bieden. Hierna volgt een lijst met de meest voorkomende typen serverrollen die momenteel bestaan op netwerken:

Webserver: Een webserver levert webpagina's aan clients die het HTTP- of HTTPS-protocol gebruiken. Webservers hosten openbare websites of intranetsites die in een bedrijf worden gebruikt.
Bestandsserver: Een bestandsserver slaat gegevensdocumenten op zoals Microsoft Word-, Excel- en PowerPoint-bestanden. De bestandsserver biedt gewoonlijk machtigingsmogelijkheden, zodat u kunt bepalen wie toegang heeft tot welke bestanden.
Printerserver: Een printserver wordt gebruikt om printers met netwerkclients te delen en afdruktaken in wachtrij te plaatsen terwijl ze wachten om te worden afgedrukt.
DHCP-server: Een DHCP-server is verantwoordelijk voor het uitdelen van IP-adressen aan clients in het netwerk, zodat u niet naar elke client hoeft te rennen en een IP-adres handmatig hoeft te configureren.
DNS-server: Een DNS-server is verantwoordelijk voor het vertalen van volledig gekwalificeerde domeinnamen zoals www. gleneclarke. com naar zijn IP-adres.
Proxyserver: Een proxyserver is verantwoordelijk voor het verzenden van aanvragen naar internet namens de gebruiker. Een proxyserver voegt een beveiligingslaag toe, doordat de gebruiker de aanvraag niet rechtstreeks naar internet verzendt. Een proxyserver heeft meestal NAT-functies en beleidsfuncties om te bepalen tot welke websites gebruikers toegang hebben.
E-mailserver: Een mailserver is verantwoordelijk voor het verzenden en ontvangen van e-mail voor gebruikers binnen het bedrijf.
Verificatieserver: Een verificatieserver slaat alle gebruikersnamen en wachtwoorden voor het netwerk op in een database en is verantwoordelijk voor het verifiëren van de gebruikersnaam en het wachtwoord van de gebruikers wanneer zij zich bij het netwerk aanmelden. Voordat gebruikers toegang krijgen tot bestanden op een bestandsserver of e-mail lezen, moeten gebruikers zich eerst bij de authenticatieserver aanmelden.

Internettoestellen en verouderde systemen

Servers zijn niet de enige soorten apparaten die op netwerken worden aangetroffen. Netwerken kunnen ook een aantal apparaatapparaten bevatten die verschillende functies aan het netwerk bieden. Hieronder volgt een lijst met veelgebruikte apparaten of apparaten die op het netwerk zijn aangesloten:

UTM: A Unified Threat Management apparaat is een apparaat dat meerdere beveiligingsfuncties in één apparaat integreert. UTM combineert meestal een firewall, een inbraakdetectie- en -preventiesysteem en een antivirussysteem dat alle inkomende gegevens controleert op virussen.
IDS: Een Intrusion Detection System (IDS) is een apparaat dat netwerkactiviteit controleert en een melding verzendt wanneer verdachte netwerkactiviteit wordt gedetecteerd. De melding kan als een e-mailbericht of als een tekstbericht worden verzonden naar het mobiele apparaat van de beheerder.
IPS: Een Intrusion Prevention System (IPS) is vergelijkbaar met een IDS; Wanneer het echter verdachte activiteit detecteert, kan het corrigerende maatregelen nemen om te voorkomen dat de activiteit wordt voortgezet.Een voorbeeld van corrigerende actie zou zijn om de systeemtoegang tot het netwerk te ontzeggen.
Legacy / embedded systemen: Netwerken kunnen ook een aantal oudere of oudere systemen op het netwerk hebben om oudere applicaties uit te voeren die mogelijk nog door het bedrijf nodig zijn.