Samenstellen Afbeeldingen met de zoeker van de Nikon D7200 in de Auto-standen - dummy's

Uw Nikon D7200-camera biedt eenvoudige en duidelijke foto's in de automatische belichtingsmodus. Gewoon voor de goede werking krijg je ook de modus Auto Flash Off, die werkt net als de modus Auto, maar de flitser uitschakelt - een geweldige optie voor opnamelocaties die geen flits toestaan.

Wanneer u de zoeker gebruikt om foto's samen te stellen, volgt u deze stappen om een ​​foto te maken:

1Stel de keuzering op Auto of Auto Flits Uit.

De twee modi zijn identiek behalve dat Auto Flash Off de ingebouwde flitser uitschakelt. In de modus Auto is de flitser standaard ingesteld om te flitsen als de camera denkt dat extra licht nodig is. Vergeet niet om de ontgrendelknop Mode-knop ingedrukt te houden voordat u de keuzering draait.

2Stel de knop van de vrijgavestand in de stand S.

De S staat voor de instelling Enkel beeld, waarbij elke foto één keer wordt vastgelegd wanneer u de ontspanknop volledig indrukt. Nogmaals, je kunt de vrijgavemodus niet draaien zonder de ontgrendelingsknop ingedrukt te houden.

3Stel de focusmethode in op de camera en de lens in de autofocuspositie.

Als uw lens Vibratiereductie biedt, zet u de VR-schakelaar op Aan, zoals weergegeven in de afbeelding, als u geen statief gebruikt. Vibratiereductie helpt bij het compenseren van camerabewegingen die een foto kunnen vervagen.

4Kijk door de zoeker en maak de foto zo dat het onderwerp zich binnen de autofocushaken bevindt.

De autofocuspunten van de camera zijn verspreid over het gebied aangegeven door de haakjes.

5Druk de ontspanknop half in en houd deze ingedrukt.

Belichtingsmeting begint. De automatische belichtingsmeter analyseert het licht en selecteert de instellingen voor de eerste belichting. De camera blijft het licht echter volgen tot het moment dat u de foto maakt en kan de belichtingsinstellingen aanpassen als de lichtomstandigheden veranderen. In de modus Auto verschijnt de ingebouwde flitser als de camera denkt dat er meer licht nodig is.

In de stand Automatisch flitsen uit moet de camera mogelijk een zeer hoge ISO-instelling of een zeer lange sluitertijd gebruiken om de foto te belichten. Een hoge ISO kan ruis veroorzaken, een defect dat uw beeld korrelig doet lijken en een langzamere sluitertijd kan wazige beelden produceren als de camera of het onderwerp beweegt tijdens de belichting. Als u een van beide problemen opmerkt, schakelt u over naar de Auto-modus of voegt u een andere lichtbron toe.

Het autofocussysteem begint zijn ding te doen. Het AF-hulplampje kan een lichtstraal uitschieten om het autofocussysteem een ​​focusseerpunt te helpen vinden. Een of meer rechthoeken, die focuspunten voorstellen, knipperen rood in de zoeker om u te laten zien waar de camera probeert scherp te stellen - meestal op het object dat zich het dichtst bij de lens bevindt.

De resterende opnamen veranderen om de buffercapaciteit weer te geven. Nogmaals, de buffer is een tijdelijke opslagtank waarin de camera beeldgegevens opslaat totdat het tijd heeft om die gegevens op te slaan op de geheugenkaart . U hoeft zich geen zorgen te maken over dit nummer (21, in de afbeelding) wanneer u de vrijgavemodus voor één frame gebruikt; de buffer komt alleen in beeld tijdens het maken van opnamen in de burst-modus (burst).

6 Controleer de focusaanduidingen in de zoeker.

Wanneer de camera de focus heeft vastgesteld, verschijnt een enkel zwart scherpstelpunt, zoals weergegeven. Onderaan de zoeker gaat de focusindicator, aangeduid in de afbeelding, branden om u te laten zien dat de focus is bereikt.

Als het onderwerp niet beweegt, blijft de autofocus vergrendeld zolang u de ontspanknop tot halverwege ingedrukt houdt. Maar als de camera beweging van het onderwerp detecteert, wordt de scherpstelling bijgesteld tot aan het moment waarop u de knop volledig indrukt om de foto op te nemen. Terwijl uw onderwerp beweegt, moet u het binnen de autofocushaakjes houden om ervoor te zorgen dat u goed scherpstelt.

Een driehoek rechts of links van de plek waar de focus-stip moet verschijnen, betekent dat de focus nog niet precies goed is. Als de driehoek naar rechts wijst, wordt de focus ingesteld voor het onderwerp; als de driehoek naar links wijst, wordt de focus achter het onderwerp ingesteld. En als beide driehoeken knipperen, is het autofocussysteem geblokkeerd, dus schakel over naar handmatige scherpstelling of laat de ontspanknop los en druk nogmaals half om te proberen opnieuw te focussen.

7Druk de ontspanknop helemaal in om de opname op te nemen.

Als de camera weigert om de foto te nemen, raak dan niet in paniek: deze fout houdt waarschijnlijk verband met autofocus. Standaard staat de camera erop dat de camera scherpstelt voordat de sluiter wordt ontspannen om een ​​foto te maken. U kunt de sluiterknop de hele dag indrukken en de camera negeert u gewoon als er geen scherpstelling kan worden ingesteld.

Probeer een beetje afstand te nemen van uw onderwerp - mogelijk overschrijdt u de minimale scherpstelafstand van de lens. Als dat niet werkt, is het onderwerp misschien niet bevorderlijk voor autofocus. Hoog reflecterende objecten, scènes met zeer weinig contrast en onderwerpen achter hekken zijn enkele van de onruststokers. De eenvoudigste oplossing? Schakel over naar handmatig scherpstellen en stel zelf scherp.

Terwijl de camera de afbeeldingsgegevens naar de geheugenkaart verzendt, brandt het toegangslampje van de geheugenkaart. Schakel de camera niet uit en verwijder de geheugenkaart niet als het lampje brandt, anders kunt u zowel de camera als de kaart beschadigen.